Onderzoek op het speciaal basisonderwijs

Op het speciaal basisonderwijs wordt je kind vier keer onderzocht door de JGZ. Natuurlijk altijd in overleg met jou als ouder of verzorger. Op deze pagina leggen we uit welke onderzoeken dat precies zijn.

Het eerste onderzoek

Als jouw kind begint op het speciaal onderwijs, doen wij voor de eerste keer onderzoek. Dit heet het entree-onderzoek. Je krijgt hiervoor samen met je kind een uitnodiging voor de jeugdarts.

Tijdens dit onderzoek kijken we naar de algemene gezondheid van je kind. De jeugdarts bespreekt met jou en je kind onderwerpen als eten, slapen, en sociale contacten. De jeugdarts meet en weegt je kind en test de oren en ogen. Als het nodig is, kijkt de jeugdarts ook naar de rug, houding en beweging van je kind. Uitgebreider onderzoek doen we alleen als daar een reden voor is. En natuurlijk kun je bij ieder onderzoek je eigen vragen stellen.
 
Soms komt er uit het onderzoek een advies of andere informatie. Als het nodig is, kan je kind een verwijzing krijgen, bijvoorbeeld voor de huisarts of maatschappelijk werk. Als jij dat goed vindt, bespreekt de jeugdarts de uitslag met school.

Het tweede onderzoek

Het tweede onderzoek is als je kind 6 jaar is. Dat onderzoek is ongeveer hetzelfde als het eerste onderzoek. Als ouder of verzorger ben je dus ook bij dit onderzoek aanwezig.

Het derde onderzoek

Het derde onderzoek is als je kind 8 jaar is. Dit is een standaardonderzoek waar ouders niet bij zijn. Voor dit onderzoek krijg je een informatiebrief thuisgestuurd. Door de brief te ondertekenen, geef je toestemming voor het onderzoek op school. In de brief staat ook hoe je de afspraak kunt verzetten of eventueel afzeggen.

Bij de brief zit een lijst met een aantal vragen over de gezondheid en ontwikkeling van je kind. Die vragen gaan over lichamelijke onderwerpen, maar bijvoorbeeld ook over gedrag en emoties van je kind. Je kunt je eigen vragen ook in deze brief zetten. Deze brief geef je in een gesloten enveloppe aan de leerkracht. Die geeft de enveloppe aan de JGZ-medewerker.

Tijdens het onderzoek meet en weegt de jeugdarts je kind. Hij of zij test ook de oren en ogen.

De resultaten van het onderzoek geven we aan je kind mee. Als je in de informatiebrief vragen hebt geschreven, neemt de jeugdarts als dat nodig is contact met je op.

Het vierde onderzoek

Het vierde onderzoek is in het schooljaar dat je kind 11 jaar oud wordt. Bij dit onderzoek ben jij als ouder of verzorger wel aanwezig. Je ontvangt hiervoor een informatiebrief en een vragenlijst die je ingevuld meeneemt naar het onderzoek.

De arts bespreekt de vragenlijst en bespreekt onderwerpen zoals algemene gezondheid, eten, slapen en sociale contacten. De jeugdarts weegt en meet je kind, test ogen en oren en kijkt als het nodig is naar de rug en houding van je kind.